Op de fiets naar Épernay

Dinsdag 28 juni

Gisteravond wilde ik toch Bep bijhalen met Skip Bo omdat er niet zoveel avonden meer over zijn.

Maar het eerste verloor ik dus gelijk komen is dan niet meer mogelijk. Maar de volgende twee won ik dus is er nog hoop!

Vanmorgen mooi weer en weer eens een mooie blauwe lucht.

Na het eten gaan we nog wat klusjes doen. Na de koffie pakken we de fietsen en fietsen over het fietspad langs de Marne naar Épernay. Over de spoorbrug en bij het station zetten wij de fietsen neer bij een “nietje” waar we ze vast kunnen zetten.

We lopen zo naar de kerk, Eglise de Notre Dame, die op de plek staat van zijn voorgangers.

Deze kerk zijn ze in 1898 mee beginnen te bouwen, maar de oorlog 1914-1918 kwam er tussen en is pas in 1925 ingewijd. Van binnen eenvoudig, weinig tierelantijnen.

We hebben op de camping een plattegrond gehad van Épernay met een stadswandeling er op van één uur. Die volgen wij en kwamen op een plein met een mooie fontein en de Patail Sant Martin. Die is in 1540 gebouwd en is het oudste monument van Épernay.

Het is een overblijfsel van de zijingang van Eglise Saint Martin en overeind gebleven na de aloop in 1908. Ook een Museum is aan dat plein waar een ondergrondse parkeergarage is gevestigd.

We lopen verder en zien het Maison de la Lune dat in 1900 gebouwd is.

In de verte zien we Eglise St Pierre et St Paul, die in 1897 ingewijd is en op een terrein gebouwd is dat geschonken is door Paul Chandon.

Komen op het Place de la Republiek waar een monument staat voor de verzetsstrijders.

Ook is daar zo’n paaltje van de bevrijdingsroute en ook het Theater.

Verder lopen we naar het stadhuis wat echt een mooi gebouw is.

Eerst de achterkant met een monument voor de gevallen soldaten, in WO I. en in WOII, en dat zijn er wat in Épernay.

De voorkant, aan een parkje, is ook erg mooi met heel veel bloemen.

We lopen door net parkje en zo weer naar het station waar de fietsen staan.

We fietsen terug en nemen een brug te veel zodat we aan de verkeerde kant van de Marne komen maar zien dat in en fietsen terug om zo aan de goeie kant terug te fietsen.

We gaan aan bij de Carrefour om brood en nog meer spullen mee te nemen.

Zijn om 13.15 terug en gaan buiten eten.

Ik ga na het eten nog een rondje fietsen. Eerst een stukje over de weg naar Cumieres, een dorpje van 750 inwoners. Dat ligt midden tussen de druivenstruiken.

Ik fiets het dorp door en kijk even bij de kerk, die op slot is, en daar is ook het gemeentehuis.

Dan naar de Marne waar leuke beeltenissen staan.

Langs het Marne-Rijn kanaal dat 313 km lang is en tussen 1838 en 1853 gemaakt is. Er zijn 154 sluizen in opgenomen en ook 4 tunnels waarvan er één 5 km lang is.

Bij Arzviller ligt een hellend vlak dat 17 sluizen overbodig maakt.

Ik fiets niet de hele 313km, een stukje maar!

Fiets naar Épernay en rij aan de andere kant van de Marne weer terug.

Dan Heeft Bep een wasje aan de lijn hangen en gaan we lezen en schrijven.

Het is heerlijk weer, warm, zodat we de schaduw van de luifel opzoeken.

Na de thee een wijntje en onze dochter uit Nijmegen belt even om onze stem weer eens te horen!

Bep gaat om 19.15 met het eten beginnen, het is nog heerlijk weer en daarom eten we weer buiten.